Extra uitleg over Studie in Cijfers
Toelichting, bronnen en definities
Opleiding
Studie in Cijfers geeft informatie per beroepsopleiding of per beroep aan een instelling weer. Met beroepsopleiding wordt hier een samenvoeging bedoeld van een aantal verwante crebo's die opleiden tot eenzelfde beroep.
Bron en definitie
Het ministerie van OCW, de Inspectie van het onderwijs, SBB en MBO Raad hebben een gezamenlijke crebo-koppeltabel gemaakt. In die koppeltabel zijn alle crebo's waarop deelnemers zijn ingeschreven aan een van de beroepen in de kwalificatiestructuur opgenomen. Crebo's die opleiden tot dezelfde beroepsopleiding, zijn aan elkaar gerelateerd. Op deze manier kunnen opleidingen die onder verschillende crebocodes worden aangeboden, maar tot hetzelfde beroep opleiden met elkaar worden vergeleken. Een cluster van beroepen vormt samen een beroepsopleiding.
De indicatoren Studenttevredenheid en Geslaagde studenten zijn weergegeven op het niveau van beroepsopleiding. Beroepen die opleiden tot dezelfde beroepsopleiding zijn samengevoegd. Doorstroom, Afgestudeerden met werk, Kans op stage, Kans op leerbaan, Kans op werk en Startsalaris zijn per beroep (kwalificatie) weergegeven.
Per instelling, beroepsopleiding en leerweg heeft Studie in cijfers één plaatje. Als onder een beroepsopleiding meerdere beroepen vallen, dan zijn in het onderste deel van het plaatje meerdere beroepen weergegeven, omdat de arbeidsmarktsituatie per beroep kan verschillen.
Opleidingspopulatie bepalen
De opleidingsbijsluiter is gemaakt voor elk beroep dat in het meest recente schooljaar minimaal één ingeschreven student heeft. Update vindt meestal in december van ieder jaar plaats. De basis is het inschrijvingenbestand van DUO.
Selectie
Alleen hoofdinschrijvingen zijn meegeteld.
Indicatoren
Studenttevredenheid
Studenttevredenheid is een indicatie van de tevredenheid van de studenten over de kwaliteit van deze opleiding in vergelijking met de landelijke tevredenheidscore voor deze opleiding.
Bron en definitie
Het oordeel is gebaseerd op de resultaten van de JOB-monitor. De JOB-monitor wordt één maal per twee jaar wordt gehouden. Het betreft een gewogen gemiddelde volgens de weegfactor die is opgenomen in het meest actuele databestand, zoals aangeleverd door onderzoeksbureau ResearchNed, dat de JOB-monitor uitvoert. Het opleidingscijfer voor opleidingen met een respons <15 studenten wordt niet gepresenteerd.
Selectie
Indien het aantal ongewogen waarnemingen lager is dan 15 wordt het rapportcijfer niet getoond in de tabel en wordt een '-' weergegeven.
Geslaagde studenten
Het percentage geslaagde studenten geeft het aandeel studenten weer dat gediplomeerd de opleiding verlaat ten opzichte van de totale (gediplomeerde plus ongediplomeerde) uitstroom uit de opleiding en de school.
Bron en definitie
Het percentage geslaagde studenten is het aandeel studenten dat gediplomeerd de opleiding verlaat in een schooljaar. Het aandeel gediplomeerden wordt als percentage gezien van alle studenten die met en zonder diploma de opleiding en school verlaten in het schooljaar. De gegevens zijn afkomstig uit het meest actuele bron-MBO bestand en berekend door DUO. Een gediplomeerde in deze context is een deelnemer die in het betreffende schooljaar zijn diploma heeft gehaald. Eerder gehaalde diploma's zijn hierbij niet relevant.
Een student die de opleiding ongediplomeerd verlaat, maar aan dezelfde instelling doorstudeert aan een andere opleiding wordt in deze berekening niet meegeteld als ongediplomeerde uitstroom.
Selecties
Als het aantal studenten in de noemer lager is dan 10 is het rapportcijfer niet getoond in de tabel.
Extraneï zijn in deze analyse buiten beschouwing gelaten.
Doorstroom naar andere mbo opleiding
Doorstroom binnen het mbo is het aandeel studenten dat na het halen van een diploma op niveau 2 of 3 doorstroomt binnen het mbo. Alleen doorstroom naar bekostigd onderwijs in Nederland is meegeteld.
Bron en definitie
De gegevens zijn afkomstig van het meest actuele bron-MBO van DUO. Van alle studenten die in een studiejaar een diploma hebben gehaald in het mbo is bekeken of zij in het studiejaar daarna een inschrijving hadden in het mbo-onderwijs. Deze indicator wordt voor opleidingen op niveau 2 en 3 (bol en bbl) weergegeven.
Selecties
- Alleen gediplomeerden niveau 2 en 3 zijn geselecteerd
- Alleen doorstroom binnen mbo-bekostigd onderwijs in Nederland is meegeteld
- Er wordt alleen gekeken naar doorstroom binnen het mbo (na halen van diploma)
- Extraneï zijn in deze analyse buiten beschouwing gelaten
Doorstroom naar hbo opleiding
Doorstroom naar hbo geeft een beeld van het aandeel studenten dat na het halen van een mbo-diploma op niveau 4 doorstroomt naar het hbo.
Bron en definitie
De gegevens zijn afkomstig van het meest actuele bron-MBO en 1CijferHo en berekend door DUO. Van alle studenten die in een studiejaar een diploma hebben gehaald in het mbo is bekeken of zij in studiejaar daarna een inschrijving hadden in het hoger beroepsonderwijs. Deze indicator wordt alleen voor opleidingen op niveau 4 (bol en bbl) weergegeven.
Selecties
- Alleen gediplomeerden niveau 4 zijn geselecteerd.
- Alleen doorstroom naar bekostigd onderwijs in Nederland is meegeteld.
- Extraneï zijn in deze analyse buiten beschouwing gelaten.
Afgestudeerden met werk
De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden is het percentage gediplomeerden dat op het moment van onderzoek werkt in een baan van meer dan 12 uur per week.
Bron en definitie
Deze data zijn afkomstig van het CBS. Het toont het aandeel studenten dat een jaar na het meest recente studiejaar waarin het diploma is gehaald betaald werk heeft voor 12 uur of meer per week. Bijvoorbeeld: van een student die in schooljaar 2017/2018 een diploma haalt, is de arbeidsmarktpositie in 2019 bepaald. De arbeidsmarktpopulatie op peilmoment 2019 bevat de groep uitstromers uit het schooljaar 2017/2018 die op 1 oktober 2018 als ingezetene ingeschreven staan in de BRP én op 1 oktober 2018 niet in het onderwijs staan ingeschreven (teruggestroomd in onderwijs).
Het CBS heeft op basis van een koppeling van diplomagegevens van DUO uit BRON-mbo met de polis-administratie van het UWV en de Belastingdienst een analyse gemaakt van de doorstroom vanuit het onderwijs naar de arbeidsmarkt. Per gediplomeerde stelt het CBS vast of deze een baan van 12 uur of meer per week heeft, één jaar na zijn of haar afstuderen, of niet.
Selecties
- Het jaarresultaat wordt zowel landelijk als per instelling bepaald.
- Extraneï zijn in deze analyse buiten beschouwing gelaten.
Kans op werk
Kans op werk in jouw vakgebied geeft een prognose van de kans op het vinden van een baan in het verlengde van de opleiding na diplomering.
Bron en definitie
Voor de regio waar de hoofdlocatie van de school gevestigd is, is weergegeven hoe groot de kans op het vinden van een baan is voor studenten aan de betreffende opleiding na het moment van afstuderen, als nu met de opleiding wordt begonnen. De informatie is afkomstig van SBB. De kans op werk is bepaald door de verwachte toekomstige vraag naar banen (die geschikt zijn voor schoolverlaters) af te zetten tegen het aantal studenten in de regio dat beschikbaar komt voor de arbeidsmarkt.
Het meetmoment voor Kans op werk is november van elk jaar en gaat voor 2-jarige opleidingen over twee, 3-jarige opleidingen over drie en 4-jarige opleidingen over vier jaar later.
Kans op stage
Kans op stage geeft een indicatie (prognose) van de kans op het vinden van een stage in het huidige jaar.
Bron en definitie
Voor de regio waar de hoofdlocatie van de school is gevestigd, is weergegeven hoe groot de kans op het vinden van een stage is voor studenten aan de betreffende opleiding (kwalificatie). De informatie is afkomstig van SBB. De kans op stage is bepaald door het aantal beschikbare stageplaatsen af te zetten tegen het aantal studenten dat de opleiding volgt en in deze regio woont.
Als regio wordt de indeling van arbeidsregio's van het UWV werkbedrijf gehanteerd. Het meetmoment voor Kans op stage is januari van ieder jaar.
Kans op leerbaan
Kans op leerbaan geeft een indicatie (prognose) van de kans op het vinden van een leerbaan in het huidige kalenderjaar.
Bron en definitie
Voor de regio waar de hoofdlocatie van de school gevestigd is, is weergegeven hoe groot de kans op het vinden van een leerbaan is voor studenten aan de betreffende opleiding (kwalificatie). De informatie is afkomstig van SBB. De kans op leerbaan is bepaald door het aantal beschikbare leerbanen af te zetten tegen het aantal studenten dat de opleiding volgt en in deze regio woont.
Als regio wordt de indeling van arbeidsregio's van het UWV werkbedrijf gehanteerd. Het meetmoment voor Kans op Leerbaan is januari van ieder jaar.
Startsalaris
Startsalaris (uurloon) is het salaris dat afgestudeerden aan de opleiding per uur verdienen.
Bron en definitie
Het uurloon is gebaseerd op het schoolverlatersonderzoek van CBS. In Studie in Cijfers zijn de gegevens uit de drie meest recente onderzoeken gebruikt.
Om voor voldoende beroepen een startsalaris te kunnen bepalen zijn de gegevens van deze drie jaren samengevoegd. Van alle alumni met betaald werk (meer dan 12 uur) is het startsalaris meegeteld. Het betreft gewogen resultaten op basis van de weegfactoren. De resultaten zijn alleen op landelijk niveau beschikbaar; niet per instelling.
Voorwaarden
- Op de salarissen uit de twee oudste onderzoeken is een inflatiecorrectie toegepast.
- De bovenste en onderste 2% van alle ongewogen bedragen zijn verwijderd om extreme uitschieters naar boven en onder eruit te halen.
- Indien het aantal ongewogen waarnemingen lager is dan 10, wordt het uurloon niet weergegeven.